CSRD: van gebrek aan transparantie naar transparantie

Op 5 januari 2023 is de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) in werking getreden in de Europese Unie. Een bredere groep (beursgenoteerde) grote, kleine en middelgrote organisaties is nu verplicht om gedetailleerd te rapporteren over hun impact op mens en milieu, zoals hun CO2-uitstoot. Zo krijgen investeerders, maatschappelijke organisaties, consumenten en andere stakeholders toegang tot de informatie die ze nodig hebben om de impact van organisaties te beoordelen. Organisaties zullen de nieuwe regels voor het eerst moeten toepassen in het boekjaar 2024, voor verslagen die in 2025 worden gepubliceerd.

90% van alle emissies veroorzaakt door activiteiten uit scope 3

Binnen deze CSRD wordt gekeken naar scope 1, 2 en 3. Scope 1 zijn emissies die direct vrijkomen uit bronnen die eigendom zijn van of beheerd worden door een organisatie. Scope 2 zijn indirecte emissies uit energie, die vrijkomen bij de productie van ingekochte elektriciteit, warmte en stoom die de organisatie verbruikt. En scope 3 zijn alle andere indirecte emissies in de supply chain van de organisaties. Deze indirecte emissies zorgen voor verreweg het grootste aandeel van alle uitstoot wereldwijd: maar liefst 90%.

Nog veel onduidelijkheid en gebrek aan transparantie

Transport en logistiek is de enige sector waar de uitstoot van broeikasgassen de afgelopen drie decennia is toegenomen: tussen 1990 en 2019 met 33,5%. Maar de informatie die organisaties nu rapporteren over duurzaamheid, is onvoldoende en kwalitatief niet hoog genoeg. Ten eerste is het lastig om gerapporteerde informatie van verschillende organisaties te vergelijken. En ten tweede weten gebruikers vaak niet zeker of de informatie te vertrouwen is. Dit leidt tot een vertraging in de adoptie van duurzamere bedrijfsstrategieën, terwijl de noodzaak steeds urgenter wordt.

Hier zijn verschillende oorzaken voor. De gebruikte rapportagemethodes zijn nog niet altijd accuraat en er wordt vaak gewerkt met gemiddelde cijfers. Veel organisaties hebben bijvoorbeeld geen idee welk type voertuig en type brandstof hun transporteur gebruikt. En als verschillende transportmiddelen worden gebruikt binnen één transport, wordt het nóg complexer, zeker als het internationaal vervoer betreft over zee en via de lucht. Ook verzamelen organisaties informatie vaak handmatig wanneer ze rapporten maken.

Verder kijken organisaties bij het nemen van transportbeslissingen vaak vooral naar de kosten en de voorkeur voor bepaalde vervoerders. Organisaties moeten ook de duurzaamheid van hun beslissingen, zoals CO2-uitstoot, meenemen als belangrijk criterium. Dit betekent dat de beste vervoerder niet alleen degene is die de laagste prijs biedt of de beste service, maar ook degene met de laagste milieu-impact. Veel organisaties zijn hier nog niet bewust mee bezig. Ik denk dat de CSRD een belangrijke stimulans is, zeker als overheden niet alleen het rapporteren over duurzaamheid verplicht gaan stellen, maar ook controles in gaan voeren.

Duurzaamheidsrapportage zou niet alleen gedreven moeten worden door wet- en regelgeving. Het kan een competitief voordeel zijn als organisaties klimaatneutraal kunnen leveren, zeker nu meer consumenten en klanten dit graag zouden zien. Organisaties die samenwerken met groene leveranciers zullen zien dat het hun eigen duurzaamheidsimpact positief beïnvloedt. En als organisaties zorgen voor hoogwaardige en betrouwbare publieke verslaglegging, dan draagt dit volgens mij bij aan een cultuur van meer publieke verantwoording.

Naar meer transparantie

Organisaties moeten nog wel stappen gaan zetten om transparante duurzaamheidsrapportering mogelijk te maken. Organisaties kunnen nu al gebruikmaken van bestaande standaarden binnen ISO of GLEC die aangeven hoe de emissies het best worden berekend, maar meer concrete CSRD-standaarden zullen dit proces verder vergemakkelijken. Organisaties moeten kijken welke data ze al beschikbaar hebben en welke bestaande oplossingen die data inzichtelijk kunnen maken. Om de CO2-uitstoot van het transport in kaart te brengen, helpen toepassingen zoals een TMS (Transport Management System) om data te verzamelen en de juiste berekeningen te doen door gebruik te maken van verschillende soorten master data. Of denk aan real-time tracking tools om meer concreet te bepalen welke route een transport heeft afgelegd om de CO2-uitstoot accurater te berekenen. Het inzichtelijk maken van deze data helpt niet alleen bij het rapporteren over uitstoot, maar ook om de transporten te optimaliseren. Bijvoorbeeld door meer goederen in één transport onder te brengen, waardoor jouw organisatie direct bespaart op emissie én kosten.

De mogelijkheden voor het meten en optimaliseren van de uitstoot staan nog in de kinderschoenen, maar de komende 10 tot 30 jaar zullen we een aanzienlijke vooruitgang zien. Het balletje is nu aan het rollen en organisaties die deze ontwikkelingen omarmen, zullen voordelen ervaren en voorop lopen.

Door: Eric Geerts, Senior Director product management, TMS, carrier connectivity and ports bij Descartes Systems Group

DEEL HET