Toeleveranciers bezorgd over 'te snelle' elektrificatie

Clepa, het Europese verband van toeleveranciers in de auto-industrie, schrijft in een rapport dat het vreest voor het verlies van vele duizenden banen onder haar leden wanneer de elektrificatie van het Europese wagenpark ‘te snel’ wordt doorgezet.

De organisatie zegt dat het ‘essentieel’ is dat de klimaatdoelen van Parijs gehaald worden. Zij waarschuwt echter dat deze transitie gepaard zal gaan met flink banenverlies. Tot het jaar 2040 zullen 276.000 arbeidsplaatsen in de automotive toeleveringsindustrie verloren gaan (dat is 43% van het huidige totaal), waar een 226.000 nieuwe banen tegenover zullen staan. Wanneer aandrijflijnen waarin batterij-elektrische techniek de hoofdrol speelt versneld zullen worden ingevoerd, zullen ruim 500.000 mensen hun baan verliezen tot 2035. Van dat halve miljoen, zullen de meeste banen tussen 2030 en 2035 verloren gaan, zegt Clepa. De oplossing zou volgens Clepa zijn om niet vol in te zetten op elektrificering, maar op meerdere technologieën, zoals ook waterstof, e-fuels en hybrides. Daardoor zouden èn de klimaatdoelen gehaald worden, èn blijven de banen behouden.

Drie scenario’s

Clepa vroeg PwC Strategy om drie scenario’s door te rekenen. Uitgangspunt daarbij is het jaar 2030. In het eerste scenario zou in 2030 de CO2-uitstoot van het Europese wagenpark met de helft gereduceerd moeten zijn ten opzichte van 2020. Daarbij wordt naast elektrificering, ook op andere technologie ingezet, zoals e-fuels en hybrides. Het tweede scenario is de favoriet van de Europese Commissie: tot 60% reducering van CO2-uitstoot, en 100% in 2035. Volledige elektrificering is hier het recept en het past bij het Fit for 55 verhaal van Brussel.  Ten derde is er het radicale ‘EV-Only-scenario’ waarbij er in 2030 geen CO2 meer mag worden uitgestoten.

Waardecreatie

De studie geeft aan dat een substantieel deel van de waarde-creatie in de voertuigbouw, 70%, voor rekening komt van het bouwen van accupakketten en alles wat daarbij komt kijken. Denk aan de omgang met hoogwaardige grondstoffen, koeling van batterijen, mogelijkheden tot recycling, etc. Clepa stelt dat de expertise rondom batterijen een aparte expertise is die bij gespecialiseerde bedrijven hoort die met hoog opgeleid personeel werken. Clepa vreest dat vooral personeel dat lager is opgeleid als gevolg van de transitie zijn baan dreigt te verliezen. Concluderend schrijft Clepa dat het verstandig zou zijn om met meerdere aandrijftechnieken de transitie in te gaan, waarbij niet de verbrandingsmotor, maar de fossiele brandstof ‘de vijand’ is.

DEEL HET