Heeft waterstof uit mierenzuur de toekomst?

Er worden hier en daar tankstations gebouwd voor waterstof, maar het ziet er naar uit dat die investeringen vrij zinloos zijn. Waterstof wordt namelijk maar mondjesmaat geproduceerd en laat zich vrij lastig transporteren. De ontwikkelingen staan ook op dit gebied niet stil, en het zou zomaar kunnen dat de huidige techniek al snel achterhaald wordt.

Bij waterstof tankstations staan meestal trailers waarin dat goedje wordt aangevoerd. Die trailers zijn zodanig zwaar gebouwd en geïsoleerd dat een drie asser maximaal 400 kilo waterstof mee kan nemen. Dat is weinig efficiënt, want als de oplegger leeg is moet er weer een diesel trekker komen om dat ding te vullen. Jazeker, een diesel, want ADR keur op een waterstof- of elektrische truck is nog niet mogelijk.

Nieuwe technologie laat zien dat mierenzuur de oplossing kan betekenen voor dit probleem. Mierenzuur wordt gemaakt door CO2 en water onder stroom te zetten. De zuurstof verdwijnt dan uit  het mengsel, waardoor mierenzuur ontstaat. Dat is natuurlijk fantastisch, want daarmee kunnen we ook afgevangen CO2 uit de industrie verwerken. Overigens verdwijnt die CO2 niet uit het milieu,want bij het proces dat nodig is om het mierenzuur weer in waterstof om te zetten komt de CO2 weer vrij. Daarmee is deze brandstof dus CO2 neutraal.

Mierenzuur is een stofje dat in de natuur ook voorkomt. Mieren en wespen gebruiken het bijvoorbeeld als afweermiddel. Vandaar ook de naam ‘Mierenzuur’. De vloeistof is niet explosief en wordt dus gebruikt als ‘drager’ van waterstof. Overigens wordt ook de naam ‘Hydrozine’ gebruikt voor mierenzuur.

Door mierenzuur in grote tanks op te slaan bij tankstations kan dan vervolgens door middel van een reactor waterstof gemaakt worden op de plek waar dat nodig is. Hamer installatietechniek is momenteel met een team bezig met het ontwikkelen van een installatie waarin het mierenzuur kan worden opgeslagen en verwerkt. Naar verwachting bedragen de kosten van zo’n installatie aanmerkelijk minder dan die voor een waterstof installatie bij een tankstation.

Een andere techniek is dat je mierenzuur tankt, waarna het reactieproces in je auto plaatsvindt. De waterstof die daardoor ontstaat wordt dan weer omgezet in stroom door de brandstofcel, waarmee de elektromotor wordt aangedreven. Dergelijke voertuigen bestaan nog niet maar de techniek staat niet stil.

De ontwikkelingen gaan razendsnel op dit gebied en voor de langere afstanden lijkt waterstof uit mierenzuur haalbaar te worden voor het wegtransport. Dat biedt nog steeds twee mogelijkheden trouwens, want naast het aan boord omzetten van waterstof in elektriciteit voor elektrische aandrijving kan het ook direct in een verbrandingsmotor worden toegepast. DAF is één van de merken die daar mee bezig is en volgens bronnen in Eindhoven zou dat stukken efficiënter zijn dan het omzetten van waterstof in stroom.

Waar we heen gaan met de transitie is dan ook nog onduidelijk, want de lat ligt hoog en de deadline dichtbij. Voor het regionale en distributietransport lijkt elektrisch rijden de toekomst, als de energie leveranciers dat bij kunnen houden. Voor de langere afstand zijn er hoopvolle ontwikkelingen, maar de eerste tien jaar zien we zeker nog een hele belangrijke rol voor de huidige techniek van diesel, al dan niet met HVO en voor LNG, bij voorkeur als Bio-LNG. Het zou dan ook zinvol zijn als de overheid dat in zou zien en met incentives zou komen voor HVO en Bio-LNG. Die techniek is er al, en vooral met HVO kan iedere nu rijdende truck al tot 90% aan CO2 reductie realiseren.